Wilde planten in Nederland en België

Witte munt - Mentha suaveolens

Frysk-Wite balsem

English-Round-leaved Mint

Français-Menthe à feuilles rondes

Deutsch-Rundblättrige Minze

Synoniemen-Mentha rotundifolia

Familie-Lamiaceae (Lipbloemenfamilie)

Naamgeving (Etymologie)-Er zijn twee verklaringen voor de naam. Mentha komt van het Griekse Menthê, dochter van de watergod Cocytus, die door Hades, god van de onderwereld, bemind werd en door de jaloerse echtgenoot Persephone in een plant werd veranderd. Mentha kan echter ook afstammen van het Griekse Minthos (iets riekend), dat duidt op de geur van de plant. Suaveolens betekent welriekend.

Kruisingen-Naast Witte munt komen geregeld hybriden voor, zoals. Witte munt x Aarmunt (Mentha x villosa) en Wollige munt.

Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).

Levensduur-Overblijvend.

Plantvorm-Hemikryptofyt.

Hoofdbloei-Juli t/m oktober.

Afmeting-20-75, soms tot 100 cm.


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl

Wortels-Met uitlopers, zowel boven als onder de grond.


bisque.cyverse.org - cc by-nc 3.0


mam.ansp.org - cc by-nc 4.0


storage.idigbio.org - cc by-nc 3.0


fm-digital-assets.fieldmuseum.org - cc by-nc 3.0

Stengels-De rechtopstaande stengels zijn wollig behaard.


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl

Bladeren-De kruisgewijs tegenoverstaande bladen zijn vrij rond tot langwerpig en netvormig geaderd. Ze hebben een stompe top of zijn kort toegespitst. De bladrand is grof gezaagd of gekarteld. Van onderen zijn ze dichter behaard (voor het grootste deel zijn dat vertakte haren) dan aan de bovenkant. Ze zijn vrijwel niet gesteeld. De middelste stengelbladen zijn 2,5-4,5 (-6) cm lang. De plant verspreidt een sterke geur.


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl

Bloemen-Tweeslachtig. De bloemen groeien in dunne schijnkransen in de oksels van kleine, langwerpige schutbladen. Ze zijn opeengedrongen tot compacte, cilindervormige tot kegelvormige schijnaren met een spitse top aan het eind van hoofdas en de zijtakken. De bloemen met vier kroonbladen zijn licht paars tot vrijwel wit en 2 -2½ mm lang. De vijftandige kelk is klokvormig en heeft breed driehoekige tanden. De vier meeldraden en de stijl met twee stempels steken uit de kroon.


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


kuleuven-kulak.be/bioweb


kuleuven-kulak.be/bioweb

Vruchten en zaden-Een splitvrucht. Tweezaadlobbig.


Jose Hernandez - USDA-NRCS PLANTS Database


©2006 Digital Plant Atlas - cc by-nc-sa 3.0 nl

Biotoop

Bodem-Zonnige, min of meer open plaatsen op vochtige tot matig droge, matig voedselrijke tot voedselrijke, stikstofrijke, kalkrijke en vaak verstoorde grond (leem en mergel).

Groeiplaatsen-Langs greppels en sloten, bermen, ruige beweide plaatsen in rivier- en beekdalen, akkers, ruderale plaatsen, stortplaatsen, omgewerkte grond, braakliggende grond en spoorbermen.

Verspreiding

Wereld-Oorspronkelijk uit Zuid-, West- en Midden-Europa en Noordwest-Afrika.

Nederland-Inheems. Zeldzaam.

Vlaanderen-Inheems. Vrij algemeen.

Wallonië-Inheems. Vrij zeldzaam.

2001-2024 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl