Wilde planten in Nederland en België

Veenwortel - Persicaria amphibia

Frysk-Wetterreadskonk

English-Amphibious Bistort

Français-Renouée amphibie

Deutsch-Wasser-Knöterich

Synoniemen-Persicaria amphibium, Polygonum amphibium

Familie-Polygonaceae (Duizendknoopfamilie)

Naamgeving (Etymologie)-Persicaria betekent perzikkruid (de bladeren lijken op die van de Perzik). Amphibia betekent zowel op het land als in het water levend.

Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).

Levensduur-Overblijvend.

Plantvorm-Geofyt, hydrofyt of helofyt.

Hoofdbloei-Juni t/m oktober.

Afmeting-20-50 cm, de watervorm tot 150 cm lang.


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Hans Toetenel - cc by-nc-sa 3.0 nl


© Willem Braam - verspreidingsatlas.nl

Wortels-Een horizontaal kruipende, dunne, lange, taaie, vertakte en rode wortelstok.


Matt Lavin - cc by-sa 2.0


Matt Lavin - cc by-sa 2.0


herbariaunited.org


herbariaunited.org

Stengels-De al of niet vertakte stengels wortelen op de onderste knopen. De watervorm heeft in het water drijvende en tot enige meters lang wordende stengels. De landvorm heeft middelhoge, opstijgende tot rechtopstaande stengels.


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


kuleuven-kulak.be/bioweb

Bladeren-De onderste bladen vormen geen wortelrozet. De donkergroene, vaak rood aangelopen bladsteel is niet gevleugeld. De watervorm heeft drijvende, langwerpige, kale, glanzende en vrij lang gesteelde bladen met een afgeronde of iets hartvormige voet. De verspreidstaande bladen van de landvorm worden tot ongeveer 50 cm lang. Ze zijn langwerpig, dof, zeer kort gesteeld, vaak met een omgerolde rand, meestal niet gevlekt, behaard met klierharen en borstelharen en met een wigvormige tot afgeronde voet. Ook het tuitje is behaard.


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Hanneke Waller - cc by-nc-sa 3.0 nl


Crusier - cc by-sa 3.0

Bloemen-Tweeslachtig. Dichte, alleenstaande schijnaren of bij landplanten soms met twee of drie aren bij elkaar aan het eind van de stengels. De korte aren zijn dichtbloemig, roze, rozerood of zeer zelden wit. Een bloem heeft vijf uitstekende meeldraden, vijf bloemdekbladen en een bovenstandig vruchtbeginsel met twee stijlen met twee stempels.


kuleuven-kulak.be/bioweb


kuleuven-kulak.be/bioweb


kuleuven-kulak.be/bioweb


© Frank van Gessele - verspreidingsatlas.nl

Vruchten en zaden-Een eenzadige dopvrucht of nootje. Vruchtvorming komt echter weinig voor. De zaden zijn zeer kortlevend (korter dan één jaar). Tweezaadlobbig.


Steve Hurst - USDA-NRCS PLANTS Database


Krzysztof Ziarnek - cc by-sa 3.0


Mattie De Jonghe - cc by-nc-nd 4.0


©2006 Digital Plant Atlas - cc by-nc-sa 3.0 nl

Biotoop

Bodem-Zonnige plaatsen in rustig, ondiep, voedselrijk water en op vochtige tot natte, zelden droge, matig voedselrijke tot zeer voedselrijke, meestal verstoorde grond (klei, leem, zavel en zand).

Groeiplaatsen-Ondiep water, slootkanten, beekoevers, rietland, nat grasland, weiland in uiterwaarden, ruige bermen, hoge spoordijken, tussen straatstenen, omgewerkte grond, akkerranden,verslempte droge tot vochtige akkers, perken, ruigten, duinen en langs heggen.

Verspreiding

Wereld-Gematigde en koele streken op het noordelijk halfrond.

Nederland-Inheems. Algemeen.

Vlaanderen-Inheems. Algemeen.

Wallonië-Inheems. Vrij algemeen.

2001-2024 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl