Wilde planten in Nederland en België

Ruw vergeet-mij-nietje - Myosotis ramosissima

Frysk-Rûge ferjit-my-net

English-Early Forget-me-not

Français-Myosotis hérissé

Deutsch-Hügel-Vergißmeinnicht

Synoniemen-Myosotis hispida

Familie-Boraginaceae (Ruwbladigenfamilie)

Naamgeving (Etymologie)-Over de Nederlandse naam leest u meer bij Akkervergeet-mij-nietje. Myosotis komt van het Griekse Myos (muis) en het Griekse Otis (oortjes). De zachte beharing van de bloem en de vorm lijken enigszins op een muizenoor. Ramosissima betekent sterk vertakt.

Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).

Levensduur-Eenjarig.

Plantvorm-Therofyt.

Hoofdbloei-April t/m juni.

Afmeting-5-30 cm.


kuleuven-kulak.be/bioweb


© Han Beeuwkes - verspreidingsatlas.nl


© Joop Verburg - verspreidingsatlas.nl


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0

Wortels


Emmanuel Stratmains - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr


Neuchâtel Herbarium - cc by-sa 3.0


Neuchâtel Herbarium - cc by-sa 3.0


Neuchâtel Herbarium - cc by-sa 3.0

Stengels-De rechtopstaande stengels zijn zacht behaard.


kuleuven-kulak.be/bioweb


kuleuven-kulak.be/bioweb


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0


Stefan.lefnaer - cc by-sa 4.0

Bladeren-Zowel de rozetbladen als de verspreidstaande stengelbladen zijn langwerpig en begroeid met recht afstaande haren. De stengelbladen zijn zittend. De bladrand is gaaf.


kuleuven-kulak.be/bioweb


kuleuven-kulak.be/bioweb


kuleuven-kulak.be/bioweb


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0

Bloemen-Tweeslachtig. De 1,5-3 mm grote bloemen vormen een schicht bovenaan de bloeistengel. Ze zijn helderblauw. De zoom is schotelvormig. De vijf vergroeide kroonbladen zijn nauwelijks langer dan de kelk. De door gele keelschubben afgesloten kroonbuis is meestal iets korter dan de kelk.


kuleuven-kulak.be/bioweb


kuleuven-kulak.be/bioweb


kuleuven-kulak.be/bioweb


kuleuven-kulak.be/bioweb

Vruchten en zaden-Een splitvrucht. De 1-4 mm lange, vaak gekromde vruchtstelen maken een hoek van 60° tot 90° met de as van de bloeiwijze. De opzij of schuin naar beneden wijzende vruchtkelk is klokvormig en tot over de helft gespleten in slippen. Het onderste deel heeft haakvormige haren. De bloeiwijze is in de vruchttijd meestal lange dan de bebladerde stengel. De nootjes zijn bleekbruin. De zaden zijn langlevend (langer dan vijf jaar). Tweezaadlobbig.


kuleuven-kulak.be/bioweb


Stefan.lefnaer - cc by-sa 4.0


Dominique Remaud - cc by-sa 4.0


©2006 Digital Plant Atlas - cc by-nc-sa 3.0 nl

Biotoop

Bodem-Zonnige, open plaatsen (pioniervegetatie) op droge, voedselarme tot matig voedselrijke, basische, meestal kalkhoudende, vaak humusarme en enigszins omgewerkte grond (meestal op zand, verder op leem, zavel, mergel, löss en stenige plaatsen).

Groeiplaatsen-Mosduinen, zandige rivierdijken, bermen, langs schelpenpaadjes, akkerranden, droog neutraal grasland, grasvelden, kalkhellinggrasland, spoorwegterreinen, zandgroeven, braakliggende grond, opgespoten grond, muurtjes en rivierduinen.

Verspreiding

Wereld-Europa (behalve in de meest noordelijke delen), Zuidwest-Azië en Noord-Afrika.

Nederland-Inheems. Algemeen.

Vlaanderen-Inheems. Vrij algemeen.

Wallonië-Inheems. Vrij algemeen.

2001-2024 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl