Wilde planten in Nederland en België

Ruige heemst - Malva setigera

Frysk-Rûge teewoartel

English-Rough Marsh-mallow

Français-Guimauve hérissée

Deutsch-Rauher Eibisch

Synoniemen-Althaea hirsuta, Malva hirsuta

Familie-Malvaceae (Kaasjeskruidfamilie)

Naamgeving (Etymologie)-Heemst is vermoedelijk, net als het Duitse Eibisch, een verbastering van Hibiscus (tegenwoordig de naam van een ander geslacht uit dezelfde familie). Malva komt van het Griekse malacos (zacht), omdat de Malva's een verzachtend slijm bevatten. Setigera betekent borsteldragend. Althaea komt van het Griekse altaia (genezing), hetgeen slaat op de geneeskrachtige eigenschappen. Setigera is afgeleid van het Latijnse seta (borstel of stijf haar) en gerere (dragen), dus borsteldragend, borstelig ofbezet met lange en vaak stijve haren). Hirsuta betekent ruwharig.

Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).

Levensduur-Eenjarig.

Plantvorm-Therofyt.

Hoofdbloei-Juni t/m augustus.

Afmeting-10-60 cm.


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiant - cc by-sa 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiant - cc by-sa 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiant - cc by-sa 4.0


Franz Xaver - cc by-sa 3.0

Wortels


herbariaunited.org


herbariaunited.org


herbariaunited.org


herbariaunited.org

Stengels-De rechtopstaande tot liggende stengels zijn ruw behaard met enkelvoudige borstelharen en sterharen.


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiant - cc by-sa 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiant - cc by-sa 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiant - cc by-sa 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiant - cc by-sa 4.0

Bladeren-De bladeren zijn in omtrek afgerond hartvormig en getand. De onderste bladeren zijn niervormig, zeer ondiep gelobd en 2-4 cm lang, de bovenste zijn dieper gelobd of nog dieper ingesneden (tot halverwege) met drie tot vijf lobben.


© Peter Meininger - verspreidingsatlas.nl


© Peter Meininger - verspreidingsatlas.nl


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiant - cc by-sa 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiant - cc by-sa 4.0

Bloemen-Tweeslachtig. De alleenstaande bloemen vormen bebladerde trossen. Ze zijn roze-lila, zelden wit, 2,4-2,8 cm en met gele helmhokjes. De kroonbladen zijn 1,2-1,6 cm lang, weinig langer dan de kelk. Er zijn zes tot negen smal driehoekige bijkelkbladen van 0,7-1 cm. Ze zijn borstelig behaard en bijna zo lang als de kelk. De bloemstelen zijn langer dan de bladen.


© Peter Meininger - verspreidingsatlas.nl


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiant - cc by-sa 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiant - cc by-sa 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiant - cc by-sa 4.0

Vruchten en zaden-Een doosvrucht. De deelvruchtjes zijn kaal en geribd. Tweezaadlobbig.


© Peter Meininger - verspreidingsatlas.nl


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiant - cc by-sa 4.0


Catherine Mahyeux - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr


©2006 Digital Plant Atlas - cc by-nc-sa 3.0 nl

Biotoop

Bodem-Zonnige, open plaatsen op vrij droge, kalkhoudende, matig voedselrijke grond.

Groeiplaatsen-Braakliggende grond, stortterreinen, akkerranden, struwelen en bosranden.

Verspreiding

Wereld-Oorspronkelijk uit Zuidoost-, Zuid- en Midden-Europa en West-Azië.

Nederland-Niet ingeburgerd. Zeer zeldzaam.

Vlaanderen-Niet ingeburgerd. Zeer zeldzaam.

Wallonië-Inheems. Zeer zeldzaam.

2001-2024 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl