Rijstgras - Leersia oryzoides

Frysk Rysgers

English Cut-grass

Français Léersie faux riz

Deutsch Reisquecke

Synoniemen

Familie Poaceae (Grassenfamilie)

Naamgeving (Etymologie) Leersia is genoemd naar Johann Daniel Leers (1727-1774), een Duitse botanist en apotheker. Oryzoides betekent rijstachtig.

Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).

Levensduur Overblijvend.

Plantvorm Hemikryptofyt of helofyt.

Hoofdbloei Augustus en september.

Afmeting 30-120 cm, maar soms tot 200 cm.


© Dick kerkhof - verspreidingsatlas.nl


© Dick kerkhof - verspreidingsatlas.nl


© Willem Braam - verspreidingsatlas.nl


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0

Wortels Kruipende, dunne, sterk vertakte wortelstokken en kweekachtige uitlopers.


storage.idigbio.org - cc by-nc 3.0


storage.idigbio.org - cc by-nc 3.0


storage.idigbio.org - cc by-nc 3.0


s.idigbio.org - cc by-nc 3.0

Stengels Losse groepen vormend. De stengels staan meestal rechtop (zelden liggen ze). Naar boven toe zijn ze al of niet ruw. Op de knopen zijn ze behaard.


© Dick kerkhof - verspreidingsatlas.nl


Nate Martineau - cc by-nc 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0


Dominique Remaud - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr

Bladeren Voor ontplooiing is de bladschijf opgerold. De bovenkant en de randen zijn zeer ruw door stekeltjes. De bladen zijn 0,5 tot 1 cm breed en vrij lang. Ze staan stijf schuin uit. Vaak springt de middennerf aan de onderkant min of meer uit. De bladschede loopt aan de top uit in twee tandvormige vergrotingen, die naast het tongetje staan. Het tongetje is tot 1,5 mm lang.


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0


Owen Strickland - cc by-nc 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0


© Peter Meininger - verspreidingsatlas.nl

Bloemen Tweeslachtig. De bloeiwijze is helemaal of voor een deel in de bladschede verborgen of steekt buiten de bovenste bladschede uit. De vrij ijle bloeiwijze is los tot samengetrokken, 10-22 cm lang en met bochtige zijtakken. De aartjes zijn 4-5 mm en bleekgroen. De kelkkafjes zitten als een smalle rand aan de top van de aartjessteel. Het lemma (het onderste kroonkafje) is bootvormig, op de kiel met stijve haartjes, op de andere plekken zeer kort behaard. De palea (het bovenste schubvormige blaadje van een afzonderlijke bloem) is even lang als of iets langer dan het lemma (drienervig).


Adrie van Heerden - verspreidingsatlas.nl


© Dick kerkhof - verspreidingsatlas.nl


Baxter Naday - cc by-nc 4.0


Hugues Tinguy - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr

Vruchten en zaden Een graanvrucht. Eenzaadlobbig.


Dominique Remaud - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr


Dominique Remaud - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr


Jacques Maréchal - tela-botanica.org - cc by-sa 2.0 fr


©2006 Digital Plant Atlas - cc by-nc-sa 3.0 nl

Biotoop

Bodem Zonnige, open plaatsen (pionier) op kale, modderige, natte, voedselrijke tot zeer voedselrijke, met name stikstofrijke, humeuze grond (zand, leem, rivierklei of veen).

Groeiplaatsen Langs sloten, beken, kanalen, veenriviertjes, dode beekarmen, veenputten, drooggevallen vijverbodems, pas gegraven sloten en plassen, afgestoken slootkanten, langs grindgaten bij de Maas, kwelplekken, opgespoten grond en pas drooggevallen terreinen.

Verspreiding

Wereld Gematigde gebieden in Europa, Azië en Noord-Amerika.

Nederland Inheems. Zeldzaam.

Vlaanderen Inheems. Zeldzaam.
Wallonië Inheems. Zeldzaam.

2001-2025 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl