Frysk Nachtklint English Nottingham Catchfly Français Silène penché Deutsch Nickendes Leimkraut Synoniemen Familie Caryophyllaceae ( Anjerfamilie) Naamgeving (Etymologie) Silene is mogelijk vernoemd naar de bosgod Silenus, die een opgezwollen buik had. Diverse silenesoorten hebben een opgezwollen kelk. Volgens anderen stamt silene af van het Griekse sialon (speeksel), omdat vele soorten kleverig zijn. Nutans betekent knikkend. Uitgebreide beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten). Levensduur Overblijvend. Plantvorm Hemikryptofyt. Hoofdbloei Mei t/m augustus. Afmeting 30-60 cm.
Wortels
Stengels De behaarde stengels zijn bovenaan kleverig door lijmringen. Meestal zijn ze niet vertakt. Bladeren De langwerpige bladen zijn boven het midden het breedst, de bovenste zijn lijnvormig tot langwerpig. De rozetbladen zijn spatelvormig (ook tijdens de bloei aanwezig). Bloemen Tweeslachtig. De kort gesteelde, afstaande of schuin omlaag gerichte (knikkende) bloemen groeien in een ijle, meestal naar één kant gekeerde pluim (meestal driebloemige bijschermen). Ze zijn wit met een groen of rood aangelopen onderkant en met vijf diep tweespletige kroonbladen. De slippen zijn ingerold. De bijkroon is 1-3 mm en de kelk is 0,9-1,2 cm. Deze laatste is kleverig behaard met korte klierharen en heeft tien nerven. De kelkbuis is drie keer zo lang als de tanden. Aeen 's avonds of bij donker weer zijn de bloemen geopend en verspreiden dan een duidelijke geur. Vruchten en zaden Een doosvrucht. De zaden zijn langlevend (langer dan vijf jaar). Tweezaadlobbig.
Biotoop Bodem Zonnige of licht beschaduwde plaatsen op droge, kalkrijke, voedselarme, enigszins humeuze grond (zand, mergel en stenige plaatsen). Groeiplaatsen Duingrasland, laagblijvend struweel, kalkrijke zomen, hellingen, kalkgrasland en rotsen. Verspreiding Wereld Gematigde streken in Europa en West- en Centraal-Azië. Nederland Inheems. Zeldzaam. Vlaanderen Inheems. Zeldzaam. 2001-2025 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl |