Wilde planten in Nederland en België

Lidsteng - Hippuris vulgaris

Frysk-Krûpelreid

English-Mare's Tail

Français-Pesse vulgaire

Deutsch-Tannenwedel

Synoniemen-Hippuris generalis

Familie-Plantaginaceae (Weegbreefamilie)

Naamgeving (Etymologie)-Hippuris komt van het Griekse hippos (paard) en oura (staart), omdat de plant op een Paardenstaart (Equisetum) lijkt. Vulgaris betekent gewoon.

Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).

Levensduur-Overblijvend.

Plantvorm-Hydrofyt of helofyt.

Hoofdbloei-Mei t/m augustus.

Afmeting-15-90 cm.


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Willie Riemsma - cc by-nc-sa 3.0 nl


© Peter Meininger - verspreidingsatlas.nl


© Willem Braam - verspreidingsatlas.nl

Wortels-Een kruipende, vertakte wortelstok.


herbariaunited.org


herbariaunited.org


herbariaunited.org


Franco Fenaroli - cc by-nc-nd 4.0

Stengels-De dicht bebladerde, holle en buisachtige stengels staan rechtop en steken boven het water uit. Zelden drijven ze. Ze zijn niet vertakt, blauwachtig groen en kaal. Afgebroken plantendelen kunnen door het water worden meegevoerd, daar opnieuw gaan groeien en zo de soort verspreiden.


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Christian Fischer - cc by-sa 3.0


Gianluca Nicolella - cc by-nc-nd 4.0

Bladeren-De ongeveer 2 cm lange bladen groeien in dicht bij elkaar staande kransen van vier tot zestien (het meest zes tot twaalf) bladen. Ze zijn lijnvormig tot langwerpig, spits, gaafrandig (niet gezaagd) en staan af. Ze hebben een duidelijke nerf. Naar boven toe worden de bladeren iets kleiner. De ondergedoken bladen in stromend of diep water zijn lang en slap.


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Matti Virtala - cc0


Traper Bemowski - cc by 3.0


Olivier Pichard - cc by-sa 3.0

Bloemen-Eenslachtig en tweeslachtig. Er komen vaak zowel eenslachtige als tweeslachtige bloemen op dezelfde plant voor. De kleine, groenachtige of bruinachtige bloemen zitten in de bladoksels. Ze hebben geen kroonbladen. De mannelijke bloemen hebben één meeldraad met een roodachtig helmhokje. De vrouwelijke bloemen hebben één onderstandig vruchtbeginsel met een enigszins veervormige stijl met stempel.


© Willem Braam - verspreidingsatlas.nl


Meneerke bloem - cc by-sa 3.0


Krzysztof Ziarnek - cc by-sa 3.0


H. Zell - cc by-sa 3.0

Vruchten en zaden-Een eenzadige dopvrucht of nootje. De gladde, drijvende zaadjes zijn 2-3 mm groot. Tweezaadlobbig.


©2006 Digital Plant Atlas - cc by-nc-sa 3.0 nl

Biotoop

Bodem-Zonnige plaatsen in stilstaand tot stromend, helder, ondiep tot vrij diep, zoet of zwak brak, matig voedselrijk of voedselrijk, vaak kalkhoudend water (vooral op klei, maar ook wel op zand, leem, zavel en veen, van mineraalrijk tot zeer organisch).

Groeiplaatsen-Duinmeertjes, poelen, poldersloten, greppels, oude rivierarmen, beken, veenwijken en vijvers.

Verspreiding

Wereld-Koelere delen op het noordelijk halfrond.

Nederland-Inheems. Vrij algemeen.

Vlaanderen-Inheems. Vrij zeldzaam.

Wallonië-Inheems. Zeer zeldzaam.

2001-2024 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl