Wilde planten in Nederland en België

Kruipganzerik - Potentilla anglica

Frysk-Lizzend sulverblêd

English-Trailing Tormentil

Français-Potentille d'Angleterre

Deutsch-Niederliegendes Fingerkraut

Synoniemen-Potentilla procumbens

Familie-Rosaceae (Rozenfamilie)

Naamgeving (Etymologie)-Potentilla komt van het Latijnse woord potens (krachtig). Dit vanwege de geneeskrachtige werking. Anglica betekent Engels.

Opmerking-Kruipganzerik is waarschijnlijk oorspronkelijk de kruising van Vijfvingerkruid en Tormentil.

Kruising-Kruipganzerik kan bastaarderen met Tormentil (Potentilla x suberecta) en soms ook met Vijfvingerkruid (Potentilla x mixta).

Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).

Levensduur-Overblijvend.

Plantvorm-Hemikryptofyt.

Hoofdbloei-Juni t/m augustus.

Afmeting-10-20 cm, soms langer.


Thorild Vrang Bennett - cc by 4.0


Krzysztof Ziarnek - cc by-sa 4.0


kuleuven-kulak.be/bioweb


Krzysztof Ziarnek - cc by-sa 4.0

Wortels


herbariaunited.org


herbariaunited.org


Dean Wm. Taylor - cc by 2.0


herbariaunited.org

Stengels-De kruipende, verspreid behaarde stengels zijn vrij lang en dun. Ze wortelen op de knopen. Het uiteinde hangt of ligt op de grond zonder wortels te vormen.


© Willem Braam - verspreidingsatlas.nl


kuleuven-kulak.be/bioweb


Tyler Carson - cc by-nc 4.0


bertrant.bui - cc by-sa 2.0 fr

Bladeren-De rozetbladen zijn meestal handvormig vijftallig met langere steeltjes, de stengelbladen zijn drietallig met korte steeltjes van 1-2 cm. De deelblaadjes zijn dunner en vlakker dan die van Vijfvingerkruid. Ze hebben vrij diepe, iets toegespitste zaagtanden. De tand aan het eind van het middelste deelblaadje steekt nauwelijks buiten de twee naast gelegen tanden uit. De onderste bladen hebben tweespletig gevingerde steunblaadjes, de andere stengelbladen hebben gave steunblaadjes.


Krzysztof Ziarnek - cc by-sa 4.0


© Edwin de Weerd - verspreidingsatlas.nl


Fornax - cc by-sa 3.0


bertrant.bui - cc by-sa 2.0 fr

Bloemen-Tweeslachtig. Een los bebladerd bijscherm. Door de liggende groeiwijze lijken de bloemen afzonderlijk tegenover de bladen en in de vertakkingen te groeien. De goudgele bloemen groeien aan lange, dunne stelen. Ze zijn 1-1½ cm en meestal viertallig, maar aan dezelfde plant zie je soms vier- en vijftallige bloemen. De vier of vijf kroonbladen zijn 5-8 mm lang vertonen bij de voet een oranje vlek. Ze zijn tot twee keer zo lang als de kelkbladen.


© Peter Meininger - verspreidingsatlas.nl


© Willem Braam - verspreidingsatlas.nl


© Han Beeuwkes - verspreidingsatlas.nl


Krzysztof Ziarnek - cc by-sa 4.0

Vruchten en zaden-Een eenzadige dopvrucht of nootje. Per bloem ontstaan er twintig tot vijftig vruchtjes. Tweezaadlobbig.


Nathalie De Somer - cc by-nc-nd 4.0


Nathalie De Somer - cc by-nc-nd 4.0


Nathalie De Somer - cc by-nc-nd 4.0


©2006 Digital Plant Atlas - cc by-nc-sa 3.0 nl

Biotoop

Bodem-Zonnige of half beschaduwde plaatsen op vrij natte tot vrij droge, matig voedselarme tot matig voedselrijke, zwak zure, grazige, vaak verstoorde grond (zand, leem, veen en klei).

Groeiplaatsen-Langs sloten, heischraal grasland, bermen, hellingen, langs boswegen, bosranden, heggen, struwelen, akkerranden, onbemeste zandige plekken op dijken, tuunwallen, landscheidingskaden, humeuze duinvalleien en veenmosrietland (o.a. op oude legakkers).

Verspreiding

Wereld-Oorspronkelijk uit West- en Midden-Europa.

Nederland-Inheems. Algemeen.

Vlaanderen-Inheems. Vrij algemeen.

Wallonië-Inheems. Zeldzaam.

2001-2024 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl