Frysk-Timkegers English-Timothy Français-Fléole des prés Deutsch-Wiesen-Lieschgras Synoniemen-Timoteegras, Phleum pratense subsp. pratense Familie-Poaceae (Grassenfamilie) Naamgeving (Etymologie)-Phleum komt van het Griekse phleos (bast) of pheleos (overvloeien). De plant werd tegen oorloop gebruikt. De naam is vroeger gegeven aan een ander gras (Ampelodesmus tenax), waarvan de stengels voor vlechtwerk werden gebruikt. Pratense betekent in weiden groeiend. Als voedergras werd Timoteegras in de 18de eeuw gepropageerd door Timothy Hanson, naar wie het gras is vernoemd. Ondersoorten: Voorheen werd Timoteegras verdeeld in twee Ondersoorten-Timoteegras (Phleum pratense subsp. pratense) en Klein timoteegras (Phleum pratense subsp. serotinum). Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten). Levensduur-Overblijvend. Plantvorm-Hemikryptofyt. Hoofdbloei-Juni t/m augustus. Afmeting-40-150 cm.
Wortels-Soms met ondergrondse uitlopers.
Stengels-Pollen vormend. De stengelvoet kan al of niet knolvormig verdikt zijn of soms raapvormig. Rechtopstaande stengels, maar soms kruipt een deel van de bebladerde stengels en vormt zo uitlopers.
Bladeren-De lichtgroene bladen zijn ruw, 3-8 mm breed en hebben vaak een enigszins golvende rand. Het tongetje is 3-5 mm. Het tongetje van niet bloeiende spruiten is meestal stomp, symmetrich of aan beide kanten met een korte driehoekibge tand.
Bloemen-Tweeslachtig. De grof aanvoelende, 5-30 cm lange en 0,5-1 cm brede aar-pluim is aan de voet plotseling afgeknot. De pluim is grijsgroen tot donkergroen en heeft zeer korte zijtakken. De langwerpig-hartvormige aartjes zijn (zondeer de naald) 3-4 mm. De kelkkafjes zijn niet met elkaar vergroeid. Ze zijn ruig gewimperd, aan de top plotseling afgeknot en in een 1-2 mm lange, iets naar buiten gebogen naaldvormige spits versmald. Ze zijn twee tot vier keer zo lang als de kafnaalden. De helmknoppen zijn iets paarsig. Elke bloem heeft drie meeldraden en één stijl met twee stempels.
Vruchten en zaden-Een graanvrucht. De zaden zijn kortlevend (1-5 jaar). Eenzaadlobbig.
Biotoop Bodem-Zonnige plaatsen op matig droge tot vochtige, voedselrijke, maar niet te zwaar bemeste grond (allerlei grondsoorten). Groeiplaatsen-Hooiland, weiland, bermen, dijken, duingrasland en opgespoten grond. Verspreiding Wereld-In alle werelddelen, in gebieden met een gematigd klimaat. Nederland-Inheems. Algemeen. Vlaanderen-Inheems. Algemeen. Wallonië-Inheems. Algemeen. Wetenswaardigheden Timoteegras is waarschijnlijk ontstaan door bastaardering van Klein timoteegras met een andere Doddegrassoort. Zo ontstaan vaak forsere en produktievere planten. 2001-2024 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl |