Frysk-Giel skieppegerf English-Fern-leaf Yarrow Français-Achillée à feuilles de fougère Deutsch-Goldgarbe (Hohe Schafgarbe, Farn-Schafgarbe) Synoniemen Familie-Asteraceae (Composietenfamilie) Naamgeving (Etymologie)-Duizendblad verwijst naar de heel fijn verdeelde bladen. Achillea is genoemd naar Achilles, de krijgsheld van Troje. Achilles redde zijn gewonde soldaten door de wonden met deze plant te behandelen. Filipendulina betekent aan draden samen hangend. Filipendula verwijst ook naar Moerasspirea (Filipendula) vanwege de gelijkenis tussen de bladen van beide soorten. Beschrijving Levensduur-Overblijvend. Plantvorm-Hemikryptofyt. Hoofdbloei-Juni t/m september. Afmeting-100-120 cm. Klik op een afbeelding om te vergroten.
Wortels-Wortelstokken met korte ondergrondse uitlopers.
Stengels-Een sterk geurende plant. Een groene, viltig behaarde plant (met name als de plant jong is). Later in het jaar wordt de beharing minder.
Bladeren-De onderste bladen zijn gesteeld (tot 5 cm). De hogere bladen zijn vaak zittend. De varenachtige bladen zijn diep veerdelig. De verspreidstaande, vlakke, langwerpige bladen zijn twee- tot drievoudig geveerd. Ze zijn behaard, enigszins ruw, gelobd en gekarteld.
Bloemen-Tweeslachtig. De bloemstelen zijn lang. Een compact scherm (tuil) die tot 13 cm breed wordt en met gele bloemhoofdjes. Elk bloemhoofdje heeft in het centrum vijftien tot dertig, 2 -2,5 mm lange, gele buisbloemen en een rand van lintbloemen. Er zijn twee tot vier gele, vrij brede en korte lintbloemen. De plaat is tot 1 mm lang.
Vruchten en zaden-Een nootje. Tweezaadlobbig.
Biotoop Bodem-Zonnige plaatsen op vochthoudende of vochtige, goed doorlatende, humusrijke, min of meer voedselrijke, vaak lemige grond Groeiplaatsen-Bermen, bosranden en ruderale plaatsen. Verspreiding Wereld-Oorspronkelijk uit Midden- en West-Azië. Nederland-Ingeburgerd tussen 1975 en 1999. Zeldzaam.
Vlaanderen-Nog niet ingeburgerd. Zeldzaam. Wallonië-Niet ingeburgerd. Zeer zeldzaam. 2001-2024 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl |