Frysk English-Apothecary rose Français-Rose de France Deutsch-Apothekerrose Synoniemen-Franse roos Familie-Rosaceae (Rozenfamilie) Naamgeving (Etymologie)-Rosa is het Latijnse woord voor roos. Gallica betekent Frans. Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten). Levensduur-Overblijvend. Plantvorm-Fanerofyt. Hoofdbloei-Mei t/m juli. Afmeting-30-120 cm.
Wortels-Met uitlopers. Groeiend in groepen. Takken-Verhoute takken met vele korte, rechte tot zwak gekromde stekels en met kleinere, naaldvormige, rechte stekels. Daartusen vind je gesteelde klierharen.
Bladeren-Vrij dikke bladeren met vijf tot zeven deelblaadjes, aan de bloeitakken vaak vijf. De deelblaadjes zijn rondachtig, 2-7 cm, leerachtig, van boven blauwgroen tot donkergroen en van onderen grijsgroen. Ze zijn aangedrukt behaard.
Bloemen-Tweeslachtig. De bloemen staan alleen of tot vier bijeen. De roze of donkerroze, geurende bloemen zijn 5-10 cm. Gekweekte planten kunnen gevulde bloemen hebben.
Vruchten en zaden-Een vlezige schijnvrucht. De bottel is bolvormig of peervormig, felrood, oranje of bruinachtig en begroeid met klierharen. Tweezaadlobbig.
Biotoop Bodem-Zonnige of half beschaduwde, open plaatsen op droge grond. Groeiplaatsen-Struwelen, bosranden, open plaatsen in loofbossen en weiden. Verspreiding Wereld-Oorspronkelijk uit Zuidwest-Azië en Zuid- en Midden-Europa. Noordelijk tot in Noord-Frankrijk en Midden-Duitsland. Nederland-Niet ingeburgerd. Zeer zeldzaam.
Vlaanderen-Niet ingeburgerd. Zeer zeldzaam. Wallonië-Twijfelachtig inheems. Verdwenen. 2001-2024 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl |