| 
| 
|
|
|
Forez-streepvaren - Asplenium foreziense | |
Frysk
English
Français Doradille du Forez
Deutsch Französischer Streifenfarn
Synoniemen Asplenium foresiense
Familie Aspleniaceae (Streepvarenfamilie)
Naamgeving (Etymologie) Asplenium komt van het Griekse a (niet) en splen (milt), omdat men dacht dat het gebruik een opgezwollen milt zou doen inkrimpen. Foreziense betekent afkomstig uit Forez, een landstreek in Loire (Frankrijk).
Uitgebreide beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).
Levensduur Overblijvend.
Plantvorm Hemikryptofyt.
Rijpe sporen Mei t/m oktober.
Afmeting 10-30 cm.
|
|
|
|
|
|
Wortels
|
|
|
|
|
|
Stengels De bladsteel is bruin.
|
|
|
|
|
|
Bladeren De wintergroene bladeren worden tot 30 cm lang en tot 8 cm breed. Ze zijn naar de voet maar weinig versmald. De deelblaadjes hebben stompe tanden en stompe, ondiepe insnijdingen, maae de kleinste deelblaadjes zijn getand met een stekelpunt. De onderste paren deelblaadjes zijn min of meer teruggeslagen.
|
|
|
|
|
|
Sporen Sporen op de onderkant van het blad.
|
|
|
|
|
|
Biotoop
Bodem Beschaduwde plaatsen op vochtige, rotsachtige grond.
Groeiplaatsen Rotsen en op het noorden gerichte kanaalbeschoeiingen.
Verspreiding
Wereld Noord-Afrika en Zuid-Europa, met enkele noordelijke voorposten, waaronder die in Nederland.
Nederland Niet ingeburgerd. Zeer zeldzaam. Sinds 1988 groeit de soort aan een kanaalbeschoeiing (Eindhovens kanaal) in Eindhoven.
Vlaanderen Niet in Vlaanderen.
Wallonië Inheems. Verdwenen. In 1858 gevonden in West-Brabant.
2001-2025 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl