Wilde planten in Nederland en België

Akkerklokje - Campanula rapunculoides

Frysk-Fjildklokje

English-Creeping Bellflower

Français-Campanule fausse raiponce

Deutsch-Ausläufertreibende Glockenblume

Synoniemen

Familie-Campanulaceae (Klokjesfamilie)

Naamgeving (Etymologie)-Campanula betekent klokje, naar de vorm van de bloem en rapunculoides is rapunzelachtig. Rapunculus betekent raapje (naar de vorm van de wortels).

Beschrijving (Klik op een afbeelding om te vergroten).

Levensduur-Overblijvend.

Plantvorm-Hemikryptofyt.

Hoofdbloei-Juni t/m augustus.

Afmeting-50-120 cm.


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Isidre blanc - cc by-sa 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0

Wortels-Een soms wat vlezige penwortel met ondergrondse uitlopers.


Neuchâtel Herbarium - cc by-sa 3.0


Neuchâtel Herbarium - cc by-sa 3.0


garden.org - Public Domain


garden.org - Public Domain

Stengels-De stengel is stompkantig, vrij dun, onvertakt en meestal niet hoger dan 70 cm. De stengel is meestal weinig en kort, ruw behaard. De plant groeit soms in grote groepen.


Matt Lavin - cc by-sa 2.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0


Isidre blanc - cc by-sa 4.0


Andrea Moro - dryades.units.it/cercapiante - cc by-sa 4.0

Bladeren-Bij de bloei zijn de rozetbladen aan de stengelvoet verdwenen (wel aan de top van de uitlopers). Evenals de onderste stengelbladen zijn ze lang gesteeld met een hartvormige of afgeronde voet, eirond tot lancetvormig met meestal een spitse top, met een gezaagde tot dubbel gezaagde rand en een lange steel. De hogere stengelbladen zijn smaller (lancetvormig), minder diep gezaagd en kort gesteeld tot zittend. Alle bladen zijn meestal weinig en kort behaard.


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl

Bloemen-Tweeslachtig. De blauwviolette, knikkende, trechtervormige, 2-3 cm grote bloemen staan in een lange naar één kant gekeerde, aarvormige tros, die vaak ongeveer de helft van de hoogte van de plant inneemt. De meeste bloemen groeien in de oksels van kleine schutbladen. De afstaande tot teruggeslagen kelkslippen (kelktanden) zijn driehoekig-lancetvormig en veel korter dan de kroon. De kroonslippen zijn meestal gewimperd (aan de rand).


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl


Matt Lavin - cc by-sa 2.0


Matt Lavin - cc by-sa 2.0

Vruchten en zaden-De knikkende, kort behaarde doosvrucht opent zich met gaatjes nabij de voet (strooigaatjes waar de zaden door vrijkomen). De zaden zijn zeer kort levend (korter dan één jaar). Tweezaadlobbig.


Matt Lavin - cc by-sa 2.0


Steve Hurst - USDA-NRCS PLANTS Database


Guus de Vries - waarneming.nl


©2006 Digital Plant Atlas - cc by-nc-sa 3.0 nl

Biotoop

Bodem-Zonnige plaatsen op matig droge tot vochtige, matig voedselrijke, vaak kalkhoudende grond (zand, leem, zavel, mergel, löss, rivierklei en stenige plaatsen).

Groeiplaatsen-Bermen, struwelen, heggen, bosranden, akkerranden, weiland, rotsen, kalkhellingen, spoorwegterreinen, plantsoenen, tussen straatstenen, rivierdijken (oeverbeschoeiingen), tegen muren en langs holle wegen.

Verspreiding

Wereld-Oorspronkelijk uit Europa en West-Azië.

Nederland-Inheems. Vrij algemeen.

Vlaanderen-Inheems. Zeldzaam.

Wallonië-Inheems. Vrij algemeen.

Toepassingen

Cultuur-Akkerklokje wordt als sierplant vaak in tuinen toegepast. De soort kan wel enigszins woekeren in de tuin.

Vermeerderen-Zaaien of scheuren.

2001-2024 Klaas Dijkstra - cc by-nc-sa 3.0 nl